Een vurige tiener wordt betrapt op winkeldiefstal en naar het kantoor van de manager gebracht. In plaats van straf wordt ze naar de garage gebracht voor een brutale, dominante ontmoeting.
In een gewaagde daad van diefstal bevond een vurigharige minderjarige zich op het verkeerde moment op de verkeerde plaats op de verkeerde plek. Op het rood betrapt werd ze naar de achterkamer begeleid voor verhoor. De strenge politieagent confronteerde haar met een gezagssfeer over de gestolen goederen. Verleid door haar jeugdige charme en onschuldige allure trokken de agenten op. Terwijl hij haar ondervroeg dwaalden zijn handen af, op verkenning van verboden terreinen. Het jonge meisje, overrompeld, stond machteloos tegenover zijn opmars. De kamer werd een podium voor een zenuwslopende ontmoeting, de officiershanden zwerven vrij rond en schen haar vertrouwen. De garage, ooit een plek van veiligheid, weergalmde nu met de geluiden van haar boeien en de officieren. Deze routinematige ademhaling was geen zware onderbreking; het was een spel van verleiding, het was de ultieme verleiding en de ultieme verdenking van de macht van het jonge meisje.
Ελληνικά | Português | Bahasa Indonesia | Română | Norsk | Deutsch | ภาษาไทย | Русский | الع َر َب ِية. | Български | 汉语 | Svenska | 한국어 | Slovenščina | ह िन ्द ी | 日本語 | Dansk | Español | Français | Magyar | Српски | עברית | Italiano | Polski | English | Bahasa Melayu | Slovenčina | Türkçe | Suomi | Nederlands | Čeština